Monastère Thérèse
Monastère Thérèse
Leeg, maar toch nog mooi klooster.
17 februari 2024
De congregatie van de zusters van het Heilig Hart van Maria ontstond officieel in 1845, maar kende al een "voorloper", die onder invloed van de pastoor van een naburige parochie begin jaren 1720 werd opgericht. Deze vergadering van "godtvrezende dochters" werd einde jaren 1730 ontbonden, maar twee leden gingen verder met het gemeenschappelijk leven en werkten daar aan de opvoeding van de kinderen. Andere meisjes sloten zich bij hen aan, maar de gemeenschap telde nooit meer dan zes leden.
De meest merkwaardige vrouw onder hen was Zuster Theresia, die vanaf 1803 deel uitmaakte van de gemeenschap. Samen met de toenmalige pastoor was zij de drijvende kracht en feitelijke stichtster van de congregatie.
De congregatie vestigden haar klooster achter de dorpskerk. De zusters richtten zich op onderwijs, zieken- en ouderenzorg en stichtten verschillende scholen. In het midden van de 19de eeuw organiseerde de congregatie lager onderwijs en tussen 1881 en 1993 was er een kostschool. Vanaf de periode rond de eeuwwisseling konden meisjes een opleiding voor kleuteronderwijzeres volgen in de in 1974 opgerichte “normaalschool voor bewaarschoolonderwijs”. In 1906 werd er een middelbare landbouw- en huishoudschool opgericht, de “huishoudelijke landbouwschool”, en vanaf de Eerste Wereldoorlog was er ook een kantwerkschool, die in 1928 werd aangevuld met een naaischool. In 1957 besloten de zusters een algemeen vormend onderwijs op te richten en kwam de “moderne humaniora” tot stand. Daarvoor werd in 1961 een nieuwbouw opgetrokken in de tuin van het klooster.
De vergrijzing van de congregatie en het uitblijven van instroom van nieuwe leden zorgde ervoor dat de kloosterlingen drastische stappen moesten ondernemen. Het klooster werd verkocht aan een projectontwikkelaar, die in eerste instantie het klooster wou slopen om 65 appartementen te realiseren. Hij botste echter op hevig verzet van de buurtbewoners, die erg verknocht zijn aan "hun" klooster. Als compromis zullen de buitenmuren van het klooster behouden blijven, zodat het uitzicht ten minste deels bewaard wordt voor het nageslacht.