logo
  • Forge Lunaire

Forge Lunaire

Gigantische staalfabriek, een van de vele slachtoffers van de staalcrisis.

11 oktober 2020

Deze Franse staalgigant kent een lange en bewogen geschiedenis. De fabriek, die voornamelijk "lange staalproducten" produceerde, was in de jaren 70 een van de belangrijkste staalfabrieken in de regio en vervolledigde een nabij gelegen staalfabriek, die dan weer gespecialiseerd was in "platte producten". Halverwege de jaren 1970 werd het bedrijf niet alleen getroffen door de algemene crisis in de staalindustrie, maar werd het ook slachtoffer van de slechte technologische keuzes die het zelf maakte.

Het staalbedrijf werd omstreeks 1890 opgericht door een Duitse industrieel. Hij verwierf al het land dat nodig was om de fabriek te bouwen en zorgde voor de ontwikkeling van de infrastructuur en het spoorwegen- en wegennet. In 1890 ging het bedrijf van start met twee hoogovens. Later werd de capaciteit uitgebreid tot een totaal van zeven hoogovens. In 1903 was de fabriek al een complete vestiging met 2.745 hectare ijzermijnen, 7 hoogovens, een Thomas staalfabriek, een Martin staalfabriek, verschillende walserijen, een cementfabriek, een gasfabriek, die leverde aan een thermische centrale en alle ondersteunende diensten, zoals slakmolens, steenfabriek, kalkovens, gieterij, algemene werkplaatsen, laboratorium…

Halverwege de jaren 1960 werd de staalfabriek extensief gemoderniseerd en maakte de bedrijfsleiding de strategische keuze om over te stappen naar een ander productieproces. De eerste zuurstofstaalfabriek, gebaseerd op het Kaldo-proces, startte in 1969. De staalfabriek verbaasde de wereld met zijn gigantisme: het gebouw van 100 meter hoog, 430 meter lang en 150 meter breed is ontworpen om 7 Mt (metrische ton) per jaar te produceren met 6 converters. Het duurde maar een paar maanden om te begrijpen dat de gok van het Kaldo-proces een zware strategische fout was: de monsterlijke converters van 1000 ton, twee keer zo groot als elke andere Kaldo-convertor, bleken al even onbetrouwbaar als economisch onrendabel te zijn. De race om grootte heeft het proces om zeep geholpen. In plaats van te besparen, stijgen de kosten met de grootte, terwijl het omgekeerde werd verwacht. Begin jaren 1980 stapte men terug af van het Kaldo-proces, maar tegen dan was het kalf verdronken. In 1999 wordt de staalfabriek voor een symbolische frank verkocht aan de toen nog onbekende Lakshmi Mittal. Deze voerde een aantal herstructureringen door, waarbij het personeelsbestand tot het strikte minimum werd beperkt. Toen de fabriek in 2008 echter nog steeds niet winstgevend was, besloot de inmiddels samengestelde ArcelorMittal-groep om de fabriek stil te leggen. Begin 2009 doofde het vuur definitief in Forge Lunaire. Tien jaar later werden de sloop- en saneringswerken aangevat.